Concerten op de zaterdagmiddag, 16:00 uur, Westerkerk Veenendaal – toegang gratis

16 september 2023

Erik van der Heijden en Ad Verhage
Werken voor orgel vierhandig

21 oktober 2023

Caecilia Camerata o.l.v. Jasper de Waal, m.m.v. Carina Vinke, mezzosopraan
Werken van Mahler  en Brahms

18 november 2023

Bas Duister en Wim van Schaik trompet,  Ad Verhage, orgel
Programma nog niet bekend

16 december 2023

Joris Kamerkoor Amersfoort o.l.v. Wouter Verhage, m.m.v. Rien Donkersloot, orgel
Kerstconcert

27 januari 2024

Studenten van het Utrechts Conservatorium (HKU)
Programma nog niet bekend

17 februari 2024

Rien Donkersloot (orgel)
Bach-programma

23 maart 2024

Nanette Mans (sopraan), Gerben Budding (orgel)
Passie-programma

20 april 2024

Alexanderconsort Bennekom o.l.v. Dick Meijer
Henry Purcell and G.F. Händel

25 mei 2024

Marit Berends (cello), Jacoline van Vuuren (piano), Marianne Wormgoor (dwarsfluit)
Werken van Fauré, Da Falla en Bazelaire

22 juni 2024

Veenendaals projectkoor en -orkest o.l.v. Ad Verhage m.m.v. Marjon Strijk, Maria den Hertog en Koos Verhage
Viva Vivaldi – werken van Vivaldi

16 september 2023 – 16:00 uur – Westerkerk, Goudvink 2, Veenendaal

Erik van der Heijden en Ad Verhage

Werken voor orgel vierhandig van o.a. Bach, Mozart, Wesley en Türk

Programma:

1.Three duets for Eliza
• Moderately slow
• Moderately slow - lively
• Andante vivace
Samuel Wesley (1766 – 1837)
2.Bewerkingen van cantates
• Aria voor alt uit cantate BWV 45 – Wer Gott bekennt
• Aria voor alt uit cantate BWV 208 – Schafe können sicher weiden
• Openingskoor uit cantate 137 – Lobe den Herrn
Johann Sebastian Bach (1685 – 1750)
3.Es toben Sturm und Ungewitter – Auf einmal is der Himmel wolkenleerDaniel Gottlob Türk (1750 – 1813)
4.Petite piece, tirée de l’ operette ‘Die Zauberflöte’ de Mr MozartChristian Gottlob Neefe (1748 – 1798)
5.Vorspiel und Fuge As-durEmanuel Schönfelder (1810 – 1875)
6.2 koralen
• Nun ruhen alle Wälder
• Vater unser im Himmelreich
Christian Gottlob Höpner (1799 – 1859)
7.Sonate opus 18 nr. 5 in A-dur Johann Christian Bach (1735 – 1782)
8.Fantasie f-moll, KV 608Wolfgang Amadeus Mozart (1756 – 1791)

Erik van der Heijden (1971) is cantor-organist van de Evangelisch-Lutherse Gemeente Ede en tevens werkzaam op de Christelijke Hogeschool Ede. Aanvankelijk volgde hij piano- en orgellessen bij Christiaan Verburg in zijn geboortedorp Amerongen. Later volgde hij orgellessen bij onder meer Theo Jellema (literatuur) en Bert Matter (improvisatie) en klavecimbellessen bij Léon Berben. Hij nam deel aan interpretatiecursussen in Zwitserland en Spanje en studeerde enkele jaren Muziekwetenschap aan de Universiteit van Utrecht. Sinds enkele jaren doet hij onderzoek naar de orgelgeschiedenis van Ede met een accent op de periode 1920-1970.

Ad Verhage (1957) begon zijn orgelstudie op 10-jarige leeftijd aan de Zeeuwse Muziekschool bij Stoffel Gunst. Vanaf 1976 studeerde hij aan het Koninklijk Conservatorium te den Haag schoolmuziek (diploma in 1981). Daarnaast studeerde hij orgel bij Riek Jiskoot, Wim van Beek en Johann Th. Lemckert en protestante kerkmuziek bij Barend Schuurman en Theo Goedhart. In 1983 behaalde hij het diploma uitvoerend musicus orgel en in 1984 het diploma protestante kerkmuziek. Hij was verbonden aan diverse kerkelijke gemeenten als organist en cantor.

Gedurende 33 jaar was hij docent muziek aan de Christelijke Hogeschool Ede, cantororganist van de Andrieskerk te Amerongen en organist van de Westerkerk te Veenendaal. Hij geeft regelmatig orgelconcerten en van het nieuwe Skrabl-orgel in de Westerkerk maakte hij zijn eerste solo-cd.

21 oktober 2023 – 16:00 uur – Westerkerk, Goudvink 2, Veenendaal

Camerata Caecilia o.l.v. Jasper de Waal

m.m.v. Carina Vinke, mezzosopraan

Werken van Mahler en Brahms

Programma:

1.Lieder eines fahrenden Gesellen
• Wenn mein Schatz Hochzeit macht
• Ging heut' morgen übers Feld
• Ich hab' ein glühend Messer
• Zwei blauen Augen
Gustav Mahler (1860 - 1911)
2.Symfonie nr. 3, opus 90
• Allegro con brio
• Andante
• Poco allegretto
• Allegro
Johannes Brahms (1833 – 1897)

Programmatoelichting

Lieder eines fahrenden Gesellen is een liederencyclus gecomponeerd door Gustav Mahler tussen 1883 en 1885. De cyclus omvat 4 liederen voor zangstem en orkest. De teksten -deels door de componist zelf geschreven, deels overgenomen uit de gedichtenbundel Des Knaben Wunderhorn,- handelen over het lot dat iemand ten dele valt wanneer hij of zij een geliefde verliest. Hierdoor wordt de onbeantwoorde liefde die Mahler voelde voor operazangeres Johanna Richter weleens in verband gebracht met de ontstaansgeschiedenis van de liederen. Het zwerversbestaan dat Mahler leidde van 1881 tot 1889 kan eveneens als inspiratiebron worden aangeduid, wanneer men de titel analyseert. De “fahrende Gesell” is een verwijzing naar, of eerder een synoniem voor, de “Wanderer”, de zwervende die aan het eind van zijn pad niets meer staat te wachten dan rouwende berusting. Thema’s uit de cyclus’ heeft Mahler later gebruikt in zijn Eerste Symfonie. Mahler slaagt er op bijzondere wijze in de tekst zeer direct te vertalen in de muziek. Iedere emotie is terug te vinden in de melodie en de orkestbegeleiding. De thematiek van deze liederen is verwant met die van Winterreise van Schubert.

Lied 1: Wenn mein Schatz Hochzeit macht – Mahler laat het karakter van de verschillende coupletten duidelijk horen in de muziek. Bij het eerste gedeelte voert de “traurige Tag” de boventoon, afgewisseld door houtblazers die cynisch wat vrolijkheid van het huwelijk (met een ander) van de geliefde inbrengen. In het tweede gedeelte klinkt even de schoonheid van de natuur. Daarna keert de duisternis van het eerste gedeelte weer terug.

Lied 2: Ging heut’ morgen übers Feld – Dit lied heeft Mahler uitgebreid geciteerd in zijn Eerste Symfonie. De muziek is zeer beeldend. Men ziet de dichter het veld inwandelen en genieten van de natuur. Het is echter slechts de natuur, niet de dichter, die gelukkig is, zoals blijkt uit de laatste regels.

Lied 3: Ich hab’ ein glühend Messer – De stekende pijn van het “glühend Messer” wordt verbeeld in een heftige orkestbegeleiding met veel accenten. Het begin van het tweede gedeelte staat daarmee in scherp contrast, hoewel de wanhoop blijft. Aan het einde keert de heftigheid van het begin terug.

Lied 4: Zwei blauen Augen – De dichter is door de mislukte liefde voor “meinem Schatz” verjaagd. Droevig is hij op pad gegaan (paukenslagen in het tweede gedeelte). Pas bij een lindeboom onderweg vindt hij rust.

Johannes Brahms componeerde zijn Derde Symfonie opus 90 in de zomer van 1883, ongeveer zes jaar na zijn tweede symfonie. In de tussentijd componeerde hij enkele van zijn belangrijkste werken, zoals het Vioolconcert en het tweede pianoconcert.

De symfonie is georkestreerd voor 2 fluiten, 2 hobo’s, 2 klarinetten, 2 fagotten, contrafagot, 4 hoorns, 2 trompetten, 3 trombones, pauken en strijkers. De drie akkoorden waarmee het eerste deel opent vormen de basis voor het gehele werk. De tonaliteit varieert voortdurend tussen majeur en mineur. Het begrip Leitmotiv speelt voor Brahms hier een belangrijke rol. Na de grandeur en het majestueuze van het eerste deel volgt de zachte eenvoud van het tweede deel, wat gelijk vanaf het begin duidelijk is. Het derde deel is een nogal melancholiek intermezzo, geaccentueerd door de wisselingen tussen majeure en mineure toonzetting. De finale blinkt uit door haar melodieuze overvloed aan thema’s. De rustige introductie verandert al snel in een stormachtig middendeel en we worden meegevoerd door een golf van lyrische inspiratie, die uiteindelijk tot een rustig einde leidt. De eerste uitvoering vond plaats op 2 december 1883 door het Wiener Philharmoniker onder leiding van Hans Richter.

Jasper de Waal, dirigent – Naast een zeer geslaagde carrière als solo-hoornist bij o.a. het Koninklijk Concertgebouworkest is Jasper de Waal ook actief als dirigent. Intensieve studie bij Jan Stulen, zijn grote repertoirekennis en jarenlange muzikale input op het hoogste niveau maken hem een interessante en bevlogen dirigent.

Hij dirigeerde in Nederland succesvol het Noord Nederlands Orkest, Het Nederlands Philharmonisch Orkest, het Residentie Orkest, het Rotterdams Philharmonisch Orkest en de Philharmonie Zuid Nederland. In 2014 maakte Jasper zijn internationale debuut bij Philharmonica de Stat Transilvania in het Roemeense Cluj, waar hij wegens groot succes direct werd teruggevraagd. Als hoornist is Jasper nog steeds actief op het hoogste niveau in het Chamber Orchestra of Europe. Daarnaast is hij hoofdvakdocent Hoorn aan het Conservatorium van Amsterdam en gastdocent aan het Royal Northern college of Music in Manchester.

Alt-mezzo Carina Vinke wordt geprezen om de opvallende donkere kwaliteit van haar stem en haar dramatische talent. Geboren in Nederland zingt ze vanaf haar negende levensjaar op grote schaal in eigen land alsook in het buitenland. Carina heeft haar medewerking verleend aan radio- en televisie-uitzendingen in Nederland en het buitenland. Ze zingt opera, oratoria, liederen en hedendaagse muziek.

Als operazangeres heeft ze (titel)rollen gezongen in ‘La Tragédie de Carmen’ van Peter Brook gezongen en de rol van Orfeo in Gluck’s Orfeo ed Euridice. Verder werkte ze mee aan Brittens A Midsummer Night’s Dream, Puccini’s Gianni Schicchi, Händels Alcina, Verdi’s Nabucco en Wagners Die Walküre. Haar geënsceneerde optredens met het New European Ensemble van Pierrot Lunaire van Schönberg en de titelrol in Miss Donnithorne’s Maggot van Peter Maxwell Davies werden door het Duitse tijdschrift Ensemble geprezen als interpretaties van ‘wereldklasse’. Carina is een frequente uitvoerder van oratoria. Zo zong ze talrijke uitvoeringen van zowel de Mattheus Passion als de Johannes Passion van Bach en daarnaast werken van Mozart, Händel, Haydn, Rossini, Dvořák, Jenkins en Mendelssohn, Verdi en Tippet.

Haar sterke affiniteit voor het werk van Gustav Mahler heeft geleid tot uitvoeringen van al zijn vocale werken op tal van gelegenheden. Hoogtepunten zijn onder andere de Tweede symfonie met het Europees Jeugdorkest o.l.v. Vladimir Ashkenazy en de Derde Symfonie met het LaVerdi Orchestra onder baton van Xian Zhang. De derde symphonie van Mahler heeft zij ook uitgevoerd met het NJO (Nederlands Jeugdorkest ) o.l.v. Martin Sieghart. Ze zong tientallen uitvoeringen van andere werken van Mahler, waaronder Das Lied von der Erde met het LaVerdi Orchestra in Milaan.

Een heel arsenaal van de hedendaagse muziek heeft ze uitgevoerd met dirigent Christian Karlsen en het New European Ensemble en Boulez’ ‘Le Marteau sans maître’ met het ASKO|Schönberg Ensemble’ in het Concertgebouw te Amsterdam. In april 2013 bracht ze met pianiste Hanna Shybayeva haar eerste cd ‘Silent Echoes’ uit, met werk van Schumann, Sibelius, Scriabin en Staern.Tijdens het Mahler/Strauss Symposium in Den Haag (2014) volgde Carina masterclasses bij Christa Ludwig. Carina behaalde haar master aan het Koninklijk Conservatorium te Den Haag (Prof. Jard van Nes) en studeerde aan De Nederlandse Opera Academie. De beroemde mezzo-sopraan Teresa Berganza coachte Carina gedurende de zomers van 2005 en 2006. Carina Vinke volgde aan het Koninklijke Conservatorium van Brussel de ‘International Lied Masterclass’ van Udo Reinemann in 2009-2010.